Regelmatige lezers van mijn blog weten hoe ik denk over de heersende cultus van alles altijd maar leuk moeten vinden: ik word er opstandig en chagrijnig van.
Toch zijn mijn gedachtes hierover ook ambivalent, omdat ik tevens inzie dat blij zijn beter voelt dan kwaad, bang of verdrietig zijn. Maar ik hoef niet altijd blij te zijn. Soms is er niks fijner dan even lekker kwaad worden, melancholisch zijn of de huivering langs je rug voelen lopen. Er gebeurt tenminste iets!
De schrijver en filosoof Voltaire had zo zijn eigen gedachtes over alles van de zonnige kant moeten bekijken. De aanleiding voor Voltaire om Candide, of het optimisme in 1759 te schrijven, was de opvatting van de filosoof Leibniz. Leibniz is zo’n beetje de uitvinder van de optimistische levensfilosofie en hij was er van overtuigd dat de wereld zoals die is, het beste is en dat er dus niets veranderd hoeft te worden. Voltaire laat in zijn roman (op meeslepende wijze) weinig van Leibniz standpunt over, maar zet hier vervolgens wel een ander (en mijn inziens leefbaarder) gedachtegoed tegenover.
Mocht je in je vakantie een dag de tijd hebben (de roman is dun en leest zeer gemakkelijk) en je willen laven aan de beschouwingen van Voltaire, dan is Candide, of het optimisme een aanrader! Want: “il faut cultiver notre jardin” .